NEDERLAND
• 113 •
AFWIJKINGEN, OORZAKEN EN OPLOSSINGEN
Problemen Oorzaken Oplossingen
Het apparaat wordt niet ingeschakeld. Het apparaat is niet op het elektriciteitnet
aangesloten.
Sluit het apparaat aan op het elektriciteitsnet.
De koffie is niet warm genoeg. De kopjes zijn koud. Verwarm de kopjes.
Er komt geen heet water of stoom naar
buiten.
Het stoompijpje is verstopt. Reinig het gat van het stoompijpje met een speld.
De koffie komt te langzaam naar bui-
ten.
De koffie is te fijn. Gebruik een andere koffiemelange.
Draai de knop voor de instelling van de maalgraad
op een hogere waarde (par.5).
Verlaag de dosis (par.6).
De afgiftegroep is vuil. Was de afgiftegroep.
De koffie komt snel naar buiten. De koffie is te grof. Gebruik een andere koffiemelange.
Draai de knop voor de instelling van de maalgraad
op een lagere waarde.
Lage dosis. Verhoog de dosis (par.6).
Het verwarmen van het apparaat duurt
erg lang en de hoeveelheid water die uit
het pijpje komt, is gering.
Het circuit van het apparaat heeft een
kalkaanslag.
Voer een ontkalking uit.
De afgiftegroep kan niet naar buiten
getrokken worden.
De afgiftegroep bevindt zich niet in positie. Schakel het apparaat in. Sluit het voorpaneel. De
groep keert terug naar de beginpositie en kan naar
buiten getrokken worden.
De lade voor de koffieprut is geplaatst. Trek de lade voor de koffieprut naar buiten.
De koffie komt buiten het afgifte-element
om naar buiten.
Het afgifte-element staat in een verkeerde
positie.
Breng het afgifte-element opnieuw in positie.
Het afgifte-element is verstopt. Trek het afgifte-element naar buiten en was het.
De koffie heeft weinig room. Het mengsel is niet geschikt of de koffie is
niet vers gebrand.
Gebruik een ander koffiemelange.
De gemalen koffie is te grof. Regel de maalgraad.
Er loopt water uit de druppelbak. De druppelbak is te vol. Controleer de positie van de drijver en leeg de
druppelbak.